Het is algemeen bekend dat katten het internet hebben gewonnen, maar lang daarvoor domineerden zij al de kunstwereld. In de Kunsthal in Rotterdam kan je dus gewoon offline aan je dosis kattenplaatjes komen. Is nog cultureel verantwoord ook!
Door Marijke Phoa
Hoofdfoto: Maria Cécile Thijs, katten met witte kragen, 2009-heden
Kattenliefde – Negen levens in de kunst
9 sep 2017 – 14 jan 2018
Kunsthal Rotterdam
Wie zegt dat kunst altijd maar moeilijk moet zijn? En ingewikkeld? Er is ook genoeg te zien dat puur gemaakt is voor het plezier. Zoals kunstwerken met katten er in. Het zijn de ultieme wezens om als onderwerp te schilderen en te tekenen. Iconografisch gezien zijn katten namelijk een zeer gemakkelijk. De puntoortjes, amandelvormige ogen, driehoekje als de neus, zes snorharen en je bent klaar. Toch kan er allerlei kanten op met een kat. Van sierlijk tot lui. Van elegant tot wild. De tentoonstelling Kattenliefde nodigt iedereen dan ook uit om er simpelweg van te genieten en de verschillende interpretaties door de jaren heen te beschouwen.
Meteen bij binnenkomst word je begroet door dit Koninklijke bakbeest
De toon wordt bij binnenkomst al gelijk gezet. De katten zijn hier als het ware de koninklijke familie. De fantastische adellijke portretten van Marie Cécile Thijs doen ons dan ook denken aan de heilige status die de katten hadden in de tijd van de Egyptenaren. Dit is een kattentempel, wees gewaarschuwd.
Walasse Ting, zonder titel, c. 1990
Walasse Ting, is zo’n kunstenaar die de iconografie van de kat tot in het maximale benut. De elementen van het beestje nodigden hem uit om juist te spelen met de andere vormen van de kat. Soms kleurt hij ze bijvoorbeeld paars, of blauw. Wat maakt het ook uit, je ziet toch dat het een kat is? Ze doen haast aan als een kinderlijke tekening van een kat. Dat is niet zo gek, want Ting is in de jaren ’50 van de vorige eeuw met kunstenaars van de CoBrA beweging in contact gekomen toen hij in Parijs studeerde. Ook hij raakte daarom geïnteresseerd in de pure manier waarop kinderen tekenden.
Kees van Dongen & Léonard Tsuhguharu Foujita, La femme à la colombe et au chat, 1948
In deze collaboratie tussen Kees van Dongen en Léonard Tsuhguharu Foujita wordt juist de sierlijke elementen van de kat benadrukt. De vrouw is elegant, maar de kat speelt de hoofdrol. Juist doordat deze veel meer details heeft dan de vrouw. Terwijl Foujita zowel een westerse (gedetailleerdere) schilderstijl als de Japanse (versimpelde) prentstijl zich aan kan wenden. Mogelijk dat de kat wat meer detail bevat omdat hij naar een kat die hem dierbaar is wilde verwijzen? Zo staat hij op onderstaande foto met een kat die wel wat wegheeft van het geschilderde exemplaar.
Naast de werken is ook het hele museum gericht op speelsheid. Er zijn kunstwerken waarvoor je door een poortje moet kruipen, overal zijn kattenplaatjes ‘verstopt’ zodat je steeds verrast wordt door de dieren en in een aparte hal is het een walhalla voor de echte spelers onder ons. In deze speel’tuin’ zijn er video’s van katten op youtube te bekijken, je kan cataoke miauwen, op een trampoline testen of jij ook op je pootjes terecht komt en je kan jezelf met een kattenkop photoshoppen.
Overal in de zalen zijn katten 'verstopt' Kom jij ook als een kat op je pootjes terecht?
Naast de volwassenen met een gezonde dosis jeugdigheid is het dus ook nog eens enorm leuk voor de kleinere onder ons. Zij kunnen een speurtocht (verloren katten) volgen, en klimmen en klauteren in de speelzaal. Plus ze kunnen eens offline kattenplaatjes bekijken, en nog doen alsof het cultureel verantwoord is ook!
Links: Théophile Steinlen, La chat noir, 1896